Zelf eetbare bloemen kweken

Vul de kweekbak met een mengsel van 2 delen potgrond en 1 deel scherp zand. Vul de bak met dit mengsel tot 5 centimeter onder de rand en druk de grond goed aan.

Bij meerder soorten in 1 kweekbak kan je het beste in rijen zaaien en iedere rij voorzien van een etiket van de soort.
Kleine zaden kunnen gemengd worden met een beetje vochtig zand en uitstrooien in de rij.

Grote zaden afzonderlijk neerleggen.
Dek de zaden af met een 3cm dikke laag van het potgrondmengsel en druk deze laag goed aan.
Strooi af met een 1cm dikke laag scherp zand.

Zet de kweekbak op een plaats met voldoende licht maar pas wel op dat er niet teveel direct zonlicht op de kweekbak valt.

Bewater de kweekbak door middel van een gieter met broeskop.

Geef niet teveel water anders gaan de zaden rotten.

Houdt de grond licht vochtig en geef water bij als de grond droog is.

Als de kiemplantjes opkomen en er 2 blaadjes aan de stengel zitten kunnen de kiemplantjes omgeplant worden in aparte bakjes.

Gebruik voor het vullen van de bakjes potgrond.

Na het overplanten de kiemplantjes goed aanwateren.

Om de kiemplantjes goed uit te harden laat je overdag het deksel van de kweekbak.

De opgekweekte kiemplantjes kunnen na ijsheiligen buiten worden uitgeplant in de volle grond.

Doe in het plantgat wel een handje potgrond en bewater de plantjes.

Afhankelijk van de bleitijd van de verschillende soorten eetbare bloemen kan er geoogst worden en de bloemen worden verwerkt in gerechten.